donderdag, juli 21, 2011

Da Capo: voor altijd 1967


Ik kan me eerlijk gezegd weinig van het concert zelf herinneren, maar ik weet nog dat ik Michel en Michel er zag. En dat het de allereerste keer ooit was dat ik in mijn eentje naar een concert ging. Dat laatste is vermoedelijk de belangrijkste reden dat ik me weinig van de show herinner, want ik heb me die avond voornamelijk ongemakkelijk gevoeld en gezocht naar andere mensen die ook alleen waren, om te kijken welke houding zij aannamen. Al die andere mensen herinner ik me niet, maar wel de twee Michels van de platenzaak een steenworp verderop, aan de andere kant van de brug. Da Capo, vernoemd naar een plaat van de man op het podium, gevallen sixties icoon Arthur Lee.

Er hing een grote zweem van tragiek om die Arthur Lee. Zwarte muzikant uit Memphis Tennessee, die het met zijn band Love maakte in de voornamelijk blanke psychedelische rockwereld van eind jaren zestig. Al hadden zijn platen meer invloed dan succes. Da Capo, het titelloze debuut, en vooral het album Forever Changes gelden als klassiekers uit die tijd. Alleen al het openingsnummer van die plaat, Alone Again Or; in de basis eenvoudig en breekbaar, omrand door sierlijke strijkers en triomfantelijke blazers. Anno 2002 stond het leven van Arthur Lee er niet zo glorieus voor. Hij kwam straight out of jail, waar hij 1996 belandde na een akkefietje met een vuurwapen. De maat was vol na eerdere overtredingen met drugs. Terwijl Lee zijn straf uitzat overleden twee van zijn oude bandleden, wat een gedroomde Love-reünie voorgoed onmogelijk maakte. Vier jaar later overleed hij zelf.

De tragiek van Arthur Lee heb ik altijd gekoppeld aan Da Capo. Niet dat ik die twee verdacht van verboden wapenbezit, wel van handel in muziek met een verhaal. Ik kan niet zeggen dat ik persoonlijk gerouwd heb om het overlijden van Michel Terstegen, de eigenaar van die rare winkel. Ik kende hem niet, ik wist alleen wie hij was. Ik kwam er graag, het meest ongeveer tien jaar geleden, maar voelde een zekere afstand. Niet omdat ze onaardig deden - de beatkluizenaar met de gebogen rug en de goedlachse sixties verstekeling - maar omdat mijn eigen muzieksmaak en -kennis me inferieur leken aan de hoge standaard van de winkel.

Ik heb me altijd afgevraagd hoe die winkel kon bestaan. Ook in de tijd dat het nog goed ging met de platenzaken hield Da Capo zich bezig met onhippe muziek uit vervlogen tijden en op vervangen formats. De winkel stond vol vinyl, LP's maar vooral singeltjes, eindeloze bakken vol. Nieuwe platen hadden ze wel, maar het draaide om de oude garagehelden, om nederbiet compilaties. Vooral de kelder maakte indruk, met dat gammele trapje waar je even moest bukken. En beneden in die kelder zat dan meestal Michel Terstegen gebogen over een verse doos 7 inches, een schenking van weet ik veel welke weduwe.

Ik ben er vanmiddag even langs gereden. In de etalage wordt melding gemaakt van een nieuwe lading Beatles- en Stones-singles, een mededeling die op ieder moment in het 25-jarig bestaan op zijn plek geweest was. Tussen het raam en het metalen hek erachter ligt een dode vlieg, en achter het glas hangt het overlijdensbericht van Terstegen, met een songtekst van The Who: "I like every minute of the day." Binnen is het alsof er niets veranderd is. Er hangt een geur van oud papier en vinyl. Een prachtige Mariska Veres in de bloei van haar leven lonkt naar je op een uitklapposter van de Popfoto. In de bakken op de grond rommelt een man op leeftijd met een fraaie snor tussen het afgeprijsde spul. Aan de muur hoezen van de Stones en the amazing 17 year old Lesley Gore. Boven de keldertrap portretten van Ginsberg, Burroughs en Kerouac.

Alsof er niets veranderd is, zo was het altijd al. Ik heb eerlijk gezegd niet gevraagd of al meer bekend is over de toekomst van de winkel. Dat hij nu vermoedelijk gaat verdwijnen is alleen al reden om verdrietig te worden. Zelf ben ik absoluut geen vinyl nostalgicus. Mijn speler is niet eens meer aangesloten. Het een voor een verdwijnen van al die platenzaken in ons land beschouw ik als een gegeven. Jammer maar helaas, we moeten door, de nieuwe tijd heeft zoveel moois te bieden. Maar een winkel als Da Capo stond op de een of andere manier voor mijn gevoel buiten die ontwikkeling, immuun voor de tijdsgeest. Zoals ze er ook geen pinautomaat hadden. Op een dag zou Da Capo als laatste overblijven, dat kon niet anders. Het is op de een of andere manier wel mooi dat Michel Terstegen nooit de piraten de schuld heeft hoeven geven. Al is het wel een bijzonder wrang soort mooi.

dinsdag, juni 28, 2011

Videotheek



Ik was laatst in een videotheek, voor het eerst in tijden. Er moest een boete betaald worden. Twee dagen, tien euro. Where the Wild Things Are, dat was de film, niet onaardig. Ik dacht nog: dat doe ik wel de eerstvolgende keer dat ik een film huur. Lees: over twee jaar. Maar zo makkelijk kwam ik er niet vanaf. Nee, de videotheek schakelde keihard een incassobureau in. Rekening: 56 euro. Er zat niets anders op dan linea recta naar die zaak, en net doen alsof ik me van geen brief bewust was.

De twee jonge mannen die de zaak runnen, zijn nauwelijks te zien. Hun balie staat vol met bakken popcorn, powerdrink en telefoonkaarten. Een klein deel is nog vrij. Een man voor me slingert er nonchalant twee dvd dozen neer. Deze winkel heeft nog minder met liefde te maken dan de lak en leder sekswinkel hiernaast, denk ik. Die winkel met een half verkleurde op-eet-string in de etalage, onder die flikkerende paarse TL.

Ik denk dat ze het weten, want hij zegt dat de boete veertien euro is. Vooruit, die vier euro krijg je van me, vriend. Zo ben ik dan ook wel weer. Ik kan niet pinnen, want het apparaat is stuk. Maar aan de overkant zit een pinautomaat, dus als ik daar even heen wil lopen, komt alles goed. Ik loop naar de deur, snuif die geur van oud tapijt nog eens goed in me op, werp een blik op de kast met heetste films, en zie vooral sequels op kale planken.

Wat was de glorietijd van de videotheek? De jaren tachtig? Later? In de tijd dat Amazon je films nog niet voor een tientje op de deurmat bezorgde. Toen we ons nog niet realiseerden dat we een film gewoon rechtstreeks op de computer wilden bekijken, in plaats van er de deur voor uit te gaan. De laatste klanten zullen het straks nog missen, deze tent. De enige plek waar je na achten nog een pakje peuken kunt halen. Ook goede videotheken sluiten dezer dagen. Dat wil zeggen: ik weet niet of De Cultvideotheek in Amsterdam een goede tent is, maar met zo'n naam moet het haast wel. In Utrecht hebben we ook een goede videotheek, maar ook daar ben ik nog nooit geweest. Misschien zit hij er al jaren niet meer, dat zou zomaar kunnen. Het is zuur voor die mensen, maar ook wel logisch. Een film huren bij een videotheek, dat is zoiets als geld overmaken met een giro betaalkaart en door de regen naar de brievenbus lopen. Het is als naar het platteland fietsen voor een pak melk.

Er zitten rare winkels op het rijtje van mijn videotheek. Verderop, voorbij de witte kunstlederen bankenzaak, voorbij de Chinees, zit een lunchzaak die rond het middaguur altijd gesloten is. Even verderop zit een printer cartridge hervul centre. En er is een klein, donker zaakje dat zich specialiseert in Griekse specialiteiten. Wijnbladeren, kalenders, fêta. Zelfs die bedrijven lijken me meer levensvatbaar dan een videotheek. Ik leg mijn verse twintig euro op de toonbank en incasseer een valse knipoog als ik om een bonnetje vraag. Als ik naar de uitgang loop ruik ik opnieuw die geur van oud tapijt. Een kartonnen Vin Diesel grinnikt me na. Ik knipoog terug en lach het laatst.

vrijdag, mei 06, 2011

Janelle Monae: "I keep the drama in my eyelashes"



Sociale media, veel artiesten weten niet zo goed wat ze ermee aan moeten. Ze weten dat het erbij hoort en dat het goed is, maar ze aarzelen om te veel van zichzelf prijs te geven. Begrijpelijk, hoe graag ik als journalist en als muziekliefhebber ook alles wil weten.

Daarom hou ik ook zo van de twitteruitbarstingen die je soms ziet. Ze hebben altijd te maken met pure passie of juist frustratie. Ik herinner me Erykah Badu die uren lang twitterde over een stalker in haar tuin, over hoe ze de politie inschakelde en uiteindelijk met pijn in het hart zag hoe de man ingerekend werd. Ik weet nog goed hoe Flying Lotus compleet uit zijn dak ging bij de eerste luisterbeurt van de nieuwe Radiohead.

Vannacht luchtte r&b/soul zangeres Janelle Monae (bekend van deze hit) haar hart. Over haar ambities en haar voorzichtigheid met sociale media, maar vooral over een naast familielid dat in de problemen zit.

maandag, mei 02, 2011

Pandora's Box: Flying Lotus




"Wat zijn je invloeden?" Het is de stomste vraag die je een artiest kunt stellen. Een soort "wat is je favoriete kleur", maar dan voor volwassenen. Artiesten klagen vaak dat ze steeds dezelfde vragen krijgen, en deze zit er altijd bij. Als het kan, vermijd ik hem dan ook. En toch, toch levert het wel zinnige informatie op. De invloeden van een muzikant verklaren waarom de drums klinken zoals ze klinken, waarom hij mompelig zingt of de gitaar inruilt voor een synthesizer.

Vandaar: Pandora's Box, een verzameling van artiesten of zelfs specifieke platen die in interviews genoemd zijn. Het deksel van de snoeppot, een wandeling van een uurtje door de collectie achter een bijzondere plaat. Te beginnen bij mijn favoriete album van vorig jaar: Flying Lotus' Cosmogramma. Een rijke plaat, met enorm veel aanknopingspunten. Het is experimentele hiphop, het is jazz, het is psychedelisch, opzwepend. Het is tegendraads, er zitten bijzondere orkestrale elementen in, en emotie. Check hier de playlist Pandora's Box: Flying Lotus op Spotify.

J Dilla (aka Jay Dee) – Glazed
Radiohead – Pyramid Song
Carlos Nino & Lil' Sci Are What's the Science? – Love, Hugs and Hip-Hop Soul
Daedelus – At My Heels
Sun Ra – Rocket Number Nine
Pete Rock – Pete’s Jazz
Alice Coltrane – Journey In Satchidananda
Madlib – Open (Space)
Sa-Ra – Rosebuds
Lil Wayne – Fireman - Main
Squarepusher – Beep Street
Eluvium – Perfect Neglect In a Field of Statues
Dr. Dre – Fuck Wit Dre Day (And Everybody's Celebratin')
Quasimoto – Greenery
Portishead – Wandering Star
George Duke – Funny Funk
Ravi Coltrane – Social Drones
Aphex Twin – The Waxen Pith
Jaylib – Mcnasty Filth - Radio Version
Ray Parker, Jr. – Ghostbusters - from "Ghostbusters"

maandag, april 25, 2011

Paasnieuws: gekneveld katje gevonden in glasbak



Zomaar ineens het belangrijkste nieuws op paaszondag, bovenaan Teletekst pagina 101: gekneveld katje gevonden in glasbak. Het is een Wolkersiaans nieuwsbericht, in de categorie 'jongeling blaast kikker op met rietje' en 'knaap steekt geslacht in paaskip'. Een katje werd in Oude Pekela aangetroffen tussen de glasscherven, aan zijn lot overgelaten met een stuk tape over zijn bekje en een touwtje om zijn achterpoten.

Waar gaat het heen met... de media, dacht ik. Begrijp me goed, een poging tot moord op een onschuldig katje is geenszins goed te praten, maar ik ben toch erg benieuwd hoe zo'n bericht op Teletekst terecht komt. Wat is de psychologie achter zulk nieuws?

Nieuwsredacties zijn dol op nieuws als dit. Zeker media die het moeten hebben van vluchtig treinpubliek of websurfende lezers die reageren op prikkelende koppen. Persbureaus hebben een goede business aan berichten in de categorie 'opmerkelijk'. De categorie 'Man vindt trouwring terug in kerstkalkoen', 'Keniaanse vrouw trouwt met haar hond'. Niks aan de hand nieuws, bizarre berichten, klein leed. Het komt vanuit de hele wereld, van Japan tot Brazilië, vaak in eerste instantie gebracht door lokale media, en onderweg hierheen ontdaan van context en oorspronkelijke bron. Die moeite willen kranten vaak ook niet doen voor dergelijk nieuws. Het is gewoon een prettige afwisseling naast 'Reactor Fukushima lekt veel meer radioactief afval dan verwacht' en 'Sluipschutters Syrië schieten op rouwstoet'.

Ik ken de structuur van Teletekst op mijn duimpje. 101, nieuw, 801 voetbal, 401 NOS Headlines. Dat is altijd de plek waar dit soort gekkigheid geplaatst wordt. Maar dit keer stond het op pagina 122, binnenlands nieuws. Zou een Teletekst-redacteur, nog rozig van de paasviering, diep in het hart getroffen zijn door het onbeschrijflijke leed? Zou hij met de vuist op tafel geslagen hebben en met betraande ogen geroepen hebben: verdomme, de schoften, dit moeten we melden?

Ach, zo'n berichtje, inmiddels is het allang weer verdwenen. Lekker belangrijk. Maar dit soort nieuws is natuurlijk wel degelijk van belang. Dit is nou het soort berichten dat gebruikt wordt om animal cops te rechtvaardigen, dat het onderbuikgevoel voedt dat ons prachtige land naar de knoppen gaat. Zouden er zelfs mensen zijn die denken: schande, nou, dan zullen er vast een hoop Marokkanen wonen in Oude Pekela? Nee, laten we er niet meer van maken dan het is. Er is een katje gered van een wrede en gewisse dood. Gelukkig maar. Ik hoop dat het een nieuw baasje krijgt, dat er met liefde en toewijding voor zorgt.

The Passion in Gouda: het paasevangelie als oud-Holland opportunisme


Ik moest ineens denken aan Martin Buitenhuis op Pinkpop 1995. Van Dik Hout was toen nog een stel jonge honden, dat zelfs door de pers toegejuicht werd. Ze hadden dan ook een toekomstige nederpopklassieker in handen, waar niemand omheen kon. Op Pinkpop werd de band van de reservebank gekatapulteerd naar het hoofdpodium. Ik weet nog dat ik het verbazingwekkend goed vond. Het hoogtepunt was natuurlijk Stil In Mij, een langgerekte versie. En vlak voor zijn laatste uithaal stootte Buitenhuis vanuit zijn tenen een godslasterlijke kreet uit. Nou nou, dacht ik toen, beschaafd als ik opgevoed ben, maar achteraf leek het me ook wel weer op zijn plaats. Het is zo – godverdomme – stil in mij.

Die hartenkreet flitste gisteravond even langs toen Stil In Mij werd gezongen tijdens The Passion, een mediaspektakel vanaf de markt in Gouda, waarbij de laatste uren van Jezus Christus vertolkt worden in popliedjes. In Manchester ging dat met de Happy Mondays, Stone Roses en Joy Division, in Gouda met Marco Borsato, De Dijk, André Hazes, en natuurlijk Van Dik Hout’s ‘Stil In Mij’. Terwijl een processie van ‘echte mensen’ een lichtgevend kruis door de straten draagt, verzamelt Jezus zijn discipelen voor de America Today in het winkelcentrum. Judas koopt nog snel even een Snickers bij de snackbar. Jezus zelf rekent er even later twee droge broodjes af, om straks te breken bij het laatste avondmaal.

Ouderwetse amateurtoneel knulligheid
Ik heb vanaf de eerste scène met een gefascineerd zitten kijken. In het eerste shot als zien we Syb van der Ploeg – Jezus – op de fiets door de stad, geflankeerd door twee breed glimlachende discipelen. Het heeft een ouderwetse amateurtoneel knulligheid. Of Van der Ploeg een goede zanger is, daar kunnen we over discussieren, maar dat acteren niet tot zijn talenten behoort, dat is overduidelijk. Dat geldt voor de meeste deelnemers, maar vooral is het een keuze van de regisseur. De telefoon van Judas die afgaat tijdens het avondmaal (hoe onbeschoft), roddelkoningin Wilma Nanninga die als viswijf uit het raam naar Petrus roept dat hij toch ook bij die Jezus van Nazareth hoort; we zien vanavond een staaltje overacting waar Chantal Janzens musical awards niks bij zijn. Het doet denken aan de keuzes die de leraar van groep acht moet maken bij de samenstelling van de schoolmusical. Liever iemand die toon kan houden en niet zo goed kan acteren in de hoofdrol dan andersom. En omdat de middelen beperkt zijn, blijft voor de rol van Pontius Pilatus iemand over die in geen van beide goed is: Wilbert Gieske, jarenlang succesvol als Robbert Alberts in GTST.

#passiongouda
En toch vonden veel mensen het prachtig. Bijna een miljoen mensen keken, bijna 20.000 live in Gouda. Honderden tweets raasden voorbij op #passiongouda. Dit project zou Jezus teruggeven aan de mensen, in plaats van alleen aan de christenen. Dat lijkt me inderdaad precies de doelstelling van de makers. Met hits die iedereen kent, met een fantastische productie (cranes, heli-shots, een fabelachtige lichtshow), recht in het hart van het grote publiek. Niet onbelangrijk: met enkel Nederlandstalige liedjes en met een typisch Hollandse stad als decor. Gouda, stad van kaas en kaarsen. Als Jezus ook nog vis gedeeld had met zijn discipelen, dan was dat Hollandse Nieuwe geweest, met vlaggetjes. Het is een niet te stuiten rage in medialand, simpelweg omdat het werkt.

Die liedjes hebben allemaal maar heel zijdelings met het paasverhaal te maken. De meeste gaan over de liefde (Is Ook Schitterend’s ‘Altijd Wel Iemand’, André Hazes’ ‘Geef Mij Je Angst’, Ruth Jacott’s ‘Blijf Bij Mij’), of breder: de manier waarop wij mensen met elkaar om dienen te gaan (Frank Boeijen’s ‘Zwart Wit’, The Scene’s ‘Iedereen Is Van De Wereld’). Het allerbest, het onbetwiste klapstuk, is ‘De Bestemming’ van Marco Borsato, een lied over niets minder dan de zin van het leven. In de meest seculiere vorm:

Ik lig op m’n rug in het gras
En aanschouw de maan
Ik vraag haar of zij misschien weet
Waarom wij bestaan
Waarom we worden geboren
En straks weer gaan
Maar ze zwijgt
En kijkt me lachend aan

Existentiële twijfel
Het is een lied over existentiële twijfel, met de blik omhoog, maar niet per se naar God. Dat mag. Ook onder christenen is twijfel een geaccepteerd verschijnsel geworden. Je hoeft niet alles te geloven, je mag aannemen wat je wilt. Je mag ervan overtuigd zijn dat God jouw vriend is en een persoonlijke band met je onderhoudt. Maar als jij dat niet zo voelt, dan hoeft dat niet. Het biedt openingen naar andere religies. Zie ook de zogenaamd spontane interviewtjes in de uitzending met toevallige voorbijgangers, een Joodse, een moslim en een ongelovige met een moslimvader en een katholieke moeder (of andersom, hou me ten goede). Allemaal beamen ze dat het paasverhaal elementen heeft waar ook zij zich in herkennen. Het is een grabbelton van universele menselijke wijsheden. En wat kun je daar met goed fatsoen op tegen hebben? Niets, eigenlijk. Liefde, warmte, eenheid, tolerantie en verdraagzaamheid, dat kan een land als Nederland best wat meer gebruiken. Niet voor niets wordt in de uitzending expliciet verwezen naar de slechte reputatie van de stad Gouda op dat gebied. Maar soms zou je willen dat de oud-testamentische God eens stevig met zijn vuist op tafel zou slaan en een eind zou maken aan dit soort slappe praat. IK heb de wereld geschapen, IK maak hier de dienst uit, en niemand anders. Begrepen?!

En zo verbeelden de EO en de RKK het geloof zoals het anno 2011 voor veel mensen is, een lopend buffet van prachtig opgemaakte, voor iedereen herkenbare gemeenplaatsen. All you can eat. Wat er niet lekker uit ziet, schep je gewoon niet op. En als er toch een taai stukje bij zit, dan leg je dat gewoon op de rand van je bord.

maandag, februari 28, 2011

Girl Groups: I want a boy for my birthday



The Velvelettes, The Crystals, The Dixie Cups, The Shangri-La's, The Shirelles, The Supremes, The Burnadettes, The Vandellas, The Exciters, The Chanters, The Ronettes, The Marvelettes, The Deltairs, The Poni-Tails, The Blossoms, The Lollipops, The Murmaids, The Vernon Girls, The Apollas, The Bobbettes, The Jaynetts, The Quintones, The Chiffons, The Paris Sisters, The Three Degrees, The Cookies, The Starlets, The Laurie Sisters. Alleen de namen al.

The Velvelettes – Needle In A Haystack - Single Version
The Crystals – He's a rebel
The Dixie Cups – Chapel Of Love
The Shangri-Las – Give Him A Great Big Kiss
The Shirelles – Will You Still Love Me Tomorrow
The Supremes – You Keep Me Hangin' On
The Burnadettes – First, You've Got To Recognize God
The Vandellas – Miss Lonely Hearts
The Exciters – He's Got The Power
The Chantels – Maybe
The Ronettes – Be My Baby
The Marvelettes – Please Mr. Postman
The Deltairs – Lullaby Of The Bells
The Poni-Tails – Born Too Late
The Blossoms – That's When The Tears Start - Single Version
The Lollipops – Love Is The Only Answer
The Murmaids – Heartbreak Ahead
The Vernon Girls – Only You Can Do It
THE APOLLAS – Mr. Creator
The Bobbettes – Mr. Lee (Digitally Remastered)
The Jaynetts – Sally, Go 'Round The Roses
The Quintones – Down The Aisle Of Love
The Chiffons – One Fine Day
The Paris Sisters – I Love How You Love Me
The Three Degrees – Contact
The Cookies – I Want A Boy For My Birthday
The Starlets – Better Tell Him No
The Laurie Sisters – Live It Up

zondag, februari 20, 2011

Angst te koop: sms BUURT naar 3040



De koning van de verkooptelevisie, waar is hij gebleven? Mike met zijn kabeltrui en zijn wonderbaarlijke ontdekkingen, wat is er van hem geworden? Hij verkocht dingen waarvan je niet eens wist dat ze bestonden, laat staan dat je ze nodig had. Een goedje dat je auto de bescherming van een space shuttle geeft. Niet te geloven! Echt waar? Echt waar, Mike! Geloof je het niet, nou dan laat ik het je zien! Wacht, ik steek je auto in de fik, Mike! Nee, toch niet mijn auto in de fik? Jawel, dat kan gewoon, ik kan gewoon je auto in de fik steken, want je auto heeft de beschermingslaag van een space shuttle, Mike! Van een space shuttle? Ongelofelijk!

En ik mis de belspelmeisjes. Ik mis ze. Echte talenten zaten er tussen. Urenlang kletsten ze de zender vol, wulps draaiend, knipogend, ingefluisterde grappen makend. Moeiteloos. Je hebt nog maar twee minuten, er belt nu helemaal niemand, je hebt extra veel kans om er door te komen. We zoeken een woord. Het begint met een T, het eindigt met een T en het heeft zes letters. Hij is te moeilijk denk ik, er belt echt helemaal niemand. Een hint: het zit in tomatensoep.

Nog mooier: Astro TV, geschoten in een morsig paars studiootje met papieren bloemen en energiestenen. Daar zit je dan als rondborstige kaartlegster, die zich bij elke beller weer af moest vragen of ze in een grap beland was of een serieuze gek aan de lijn heeft. Ik heb een probleem, ik kom zo moeilijk klaar. Je weet dat je op tv bent? Of: ik werd vannacht wakker, en opeens was ik het kwijt, ik wist het gewoon niet meer. Kunt u me een zetje de goede kant op geven? En dan toch maar die kaarten leggen, want wie weet meent hij het wel.

Die spotjes zijn net als horrorfilms. Een horrorfilm werkt alleen als je er ook echt bang van wordt, en dat verandert steeds. Daar kopen de mensen immers een kaartje voor. In de jaren vijftig creëerden filmmakers gemuteerde buitenaardse wezens die na een atoomontploffing de wereld kwamen overnemen. George A. Romero illustreerde in zijn klassieke zombiefilm Night Of The Living Dead uit 1968 het uiteenvallen van de hoeksteen van de samenleving door een klein meisje een tuinschepje in de borst van haar moeder te laten planten. Tien jaar later liet hij zombies als willoze consumenten ronddolen in een shopping mall, inclusief geluidsbehang.

Commerciële zendtijd, vulling voor een paar centen, maar ook een spiegel van het tijdsgewricht. Het is als de man die met Koninginnedag op de hoek van het Vondelpak zonnebrillen staat te verkopen bij zon, paraplu's bij regen. Het gaat van het jolige consumeren in de jaren negentig, via de oppervlakkige, luie hebberigheid naar de vertwijfelde levensvragen. De bedrijven achter die spotjes moeten zich elke keer opnieuw afvragen wat mensen willen kopen. Het is de enige drijfveer; spelspanning, entertainment, het speelt geen enkele rol van betekenis.

Wat hebben we anno 2011? De Buurtscanner. Sms BUURT en uw postcode naar 3040 en kom te weten hoe veilig uw buurt is. Eén sms en je weet het: zoveel inbraken, zoveel berovingen, zoveel drugsverslaafden, zoveel straattuig. 150 cent per bericht, maximaal drie berichten, en dan kunnen we ons daarna weer naar hartelust onveilig voelen. Slim ondernemen, noemen we dat. Dit is geen angst zaaien, dit is angst oogsten.