dinsdag, december 28, 2010

Touché: Tapes 'n Tapes bekeert haters met Google Translate


Zomaar een Twittergesprekje op de maandagavond: even de nieuwe releases doornemen met 3VOOR12-collega Erik Zwennes. Ter sprake komt het derde album van Tapes 'N Tapes, een band uit Minneapolis die in 2005 debuteerde met de uitstekende rammelindieplaat The Loon. Opvolger Walk It Off uit 2008 was aardig, rauwer geproduceerd, maar met minder sterke liedjes. De verkopen vielen kennelijk erg tegen, want na dat album zette hun platenmaatschappij XL ze op straat.

Begin 2011 verschijnt nummer drie: Outside, op hun eigen label. Ik ben er nog niet echt enthousiast over. Dat zei ik gisteren ook, en daarbij werd ik direct op mijn vingers getikt door een fan. Was het niet een beetje te vroeg om zo hard te oordelen? Achteraf? Ja, eigenlijk niet cool. Probeer ik ook altijd te vermijden, maar soms doe je het toch. Uiteindelijk is muziek ook vaak gut feeling, eerlijk is eerlijk.

Het gesprek nam een wonderlijke wending toen de band zich er zelf ineens mee ging bemoeien. Met vertaalmachine-Nederlands. Een klassiek geval van de kracht van Twitter goed gebruiken, want as we speak luister ik schaamtevol opnieuw naar Tapes 'N Tapes.




































woensdag, december 22, 2010

Top 54 (correctie, 55!) albums van 2010

Een jaarlijstje met meer dan vijftig albums? Pathetic. Nou ja, nee, dat vind ik niet. Er zijn mensen die klagen dat ze geen tien goede albums bij elkaar kunnen verzinnen over een jaar als dit. Onzin. Een ruwe schatting leert dat ik dit jaar ongeveer 300 albums goed genoeg gehoord heb om er een oordeel over te kunnen geven. Dat is niet om op te scheppen, dat is mijn werk. En als je ze dan toch gehoord hebt, dan kun je ze net zo goed even op volgorde zetten, want wat zegt een top 10 nou helemaal? En toen Job de Wit onlangs zijn top 53 over 2010 presenteerde, dacht ik: daar ga ik overheen. Hence: de top 54 (correctie, 55!) van 2010. Op verzoek van @guuzbourg met toelichting.

1. Flying Lotus - Cosmogramma

Een alomvattend en persoonlijk levenswerk van deze jonge beat- en bassmaker uit Los Angeles. Dronken, katerig, soms strak, soms chaotisch, maar het belangrijkste: een grillige instrumentale verhaallijn, van wanhopig tot euforisch.

2. Beach House - Teen Dream

De zegetocht van Beach House in Nederland begon op de avond dat Sven Kramer zijn gouden plak vergooide en gold voor mij toen als ideale pleister op de wonden. Afstandelijk en sensueel tegelijk, het kan kennelijk. Met de dandyeske Victoria LeGrand als frontvrouw heeft dit Amerikaanse duo (live in grotere bezetting) een van de meest consistente en overtuigende albums van het jaar gemaakt.

3. Arcade Fire - The Suburbs

Eerlijk gezegd was ik een beetje klaar met deze band na Neon Bible, een album dat zo topzwaar van ambitie was dat het naar de bodem zonk, om niet meer aan de oppervlakte te komen. Ambitie is er nog steeds - het is zelfs een van de belangrijkste thema's in de songs! - maar The Suburbs bracht wat deze band nodig had: lucht. Dit was het schakelpunt, hier begint de lange carriere.

4. Pantha Du Prince - Black Noise

Black Noise is een plaat die begint bij de allerkleinste details, met minuscule klokjes en belletjes, die langzaam aanzwellen tot iets groots. Mooist zijn de klokken van de kerk twee kilometer verderop in het beste nummer Stick To My Side, met gastbijdrage van Animal Collective's Panda Bear.

5. Dimlite - Prismic Tops

Over miniatuurtjes gesproken: Dimlite's nieuwe album staat vol met details en mooie geluiden, waarin zoetgevooisd en ongepolijst hand in hand gaan. Van alle producers in de beatsscene is hij de schilder met de meeste kleuren op zijn palet.

6. Faberyayo & Vic Crezee - Het Grote Gedoe

Ik miste Papa op De Lachende Derde, de leukste midlife crisis puber glijen track ooit. En Miss Piggy, een ode aan de provincieslet, een de Ski-leraar Bruin skilogy. Faberyayo was dit jaar zelf de grootste concurrent van De Jeugd van Tegenwoordig met een mixtape tussendoortje.

7. Jonsi - Go

Die rare schele oogjes verticaal om de hoek van de deur, zoals stripfiguurtjes dat doen. Het was een van mijn vreemdste ontmoetingen van het jaar, misschien wel vooral omdat Sigur Ros frontman Jonsi een vrolijke, innemende man bleek. Zijn solo-album is fantasievol gearrangeerd (luister vooral naar de weergaloze drummer!) en alles behalve een tussendoortje. Love him or hate him, ik kies voor het eerste.

8. The Walkmen - Lisbon

The Walkmen maakt al jaren sterke indierockplaten, maar met dit vijfde album heeft het Amerikaanse gezelschap The Walkmen definitief hun eigen stem gevonden. Dankzij de snik van zanger Hamilton Leithauser en hun geheel eigen gevoel voor timing. Met een ode aan het geteisterde New Orleans (Stranded, met kromgetrokken blaaskapel) als hoogtepunt.

9. Balthazar - Applause

Een jaar of twee geleden zag ik het Vlaamse Balthazar eens in Tivoli de Helling. Ik vond het flets en saai. In 2010 bewezen ze zich als de hardst werkende band van België, met een geweldig popalbum dat de terugkeer van Das Pop in een klap overbodig maakte. De plaat die ik zonder het door te hebben steeds weer opzette.

10. Marcel Dettmann - Dettmann

De techno van nu komt ouderwets uit Berlijn. Niet meer sexy minimaal, maar ook niet hard en meedogenloos. Techno zonder franje dus, zonder op- of omkijken. Marcel Dettmann was al een paar jaar de gevierde resident in club Berghain, maar met dit album op zak was dit het jaar dat hij zijn naam definitief daar buiten vestigde.

11. Caribou - Swim

Een van de grootste verrassingen van het jaar, dit derde album van Caribou. Tot nu toe was hij zo'n artiest die iedereen het best gunde en wiens kruisbestuiving tussen indie en elektronica alle lof kreeg, maar waarvan je je afvroeg wie nou echt zijn publiek was. Maar met Swim vervolmaakte hij zijn geluid met een flinke ruk richting dansvloer, inclusief de broodnodige topsingle: Odessa.

12. Twin Shadow - Forget

Op de valreep was daar een van mijn favoriete singles van het jaar: When We're Dancing, een soort Beach House met drive-in discolampen. Met een synthesizer die zo onzeker klinkt als een puber op een klassenfeest, vlak voordat het schuifelkwartiertje aanbreekt. En dat gemaakt door 1 man, genaamd George Lewis jr. Wordt 2011 zijn jaar?

13. Deerhunter - Halcyon Digest

Deerhunter's nieuwe album opent langzamer dan langzaam, met een hallucinerende trip die nog beter werkt als je hem op twee geluidssystemen bijna tegelijk afspeelt, zo merkte de 3VOOR12 redactie laatst per ongeluk. Een mix van ambient met garagerock, noemt Bradford Cox het zelf, en daar zit wel wat in. Maar er staat ook een verrassend poppy single als Revival op. Basis in beide is die bijzondere stem van Cox.

14. De Jeugd van Tegenwoordig - De Lachende Derde

Als er al een lijn zit in deze lijst, dan is het wel dat ik houd van muziek vol contrasten. Songs die zich niet laten vastpinnen op een plek. Daar is De Jeugd Van Tegenwoordig meester in. Op De Lachende Derde - er hebben nog nooit zoveel tranen gevloeid op een Jeugd album - doen ze het ene moment alsof ze volwassen geworden zijn en ze klaar zijn met feesten, het volgende moment hangen ze met hun lul in de kut van je moeder. Allemaal bullshit, of allebei een beetje waar?

15. Shackleton - Fabric 55

Net als Ricardo Villalobos en Omar S gebruikt dubstep-producer Shackleton op zijn mix voor Fabric alleen maar eigen tracks. Nieuw werk, bestaand werk, tracks die alleen voor deze mix gebruikt zullen worden. En als Villalobos in zijn scherpste dagen is Shackleton een master of detail. Dieper dan dit wordt het niet.

16. Gayngs - Relayted

Een groep van 23 muzikanten uit Wisconsin maakte dit bijzondere album, een ode aan de soft-rock uit de jaren tachtig. Met Justin Vernon (Bon Iver) als belangrijkste uithangbord, maar met producer Ryan Olson als werkelijke brein. Onder de hoogtepunten opener The Gaudy Side Of Town en Godley & Creme cover Cry. Veel speelden ze niet - en helemaal niet in Nederland - maar bij hun allereerste show in Minneapolis was wel meteen Prince aanwezig. De legende zegt dat hij al met gitaar en al klaarstond in de backstage, maar besloot dat deze band het ook wel zonder hem kon.

17. Various Artists - Souljazz Presents Future Bass

Nog altijd blijft het Britse Souljazz label verbazen met uitstekende verzamelaars. Reggae, postpunk, soul, voornamelijk oud. Maar heel af en toe neemt Souljazz een duik in het heden, en ook dan weten ze doorgaans heel goed waar ze mee bezig zijn. Future Bass schetst hoe de dubstep zich langzaam alweer alle kanten op ontwikkelt. Met toptracks van Coki, Four Tet en de man van 2011: Ramadanman.

18. Eskmo - Eskmo

Nog zo'n voorbeeld van ontwikkeling in progress: Amerikaans Eskmo maakt slepende elektronische muziek met zang, die het midden houdt tussen dubstep en typische warme Ninja Tune beats. Maakte zijn debuut onlangs op Le Guess Who? en bleek ook live te overtuigen. Een kanttekening: zijn zang is zijn unique selling point, maar helaas ook zijn zwakste kant.

19. Sleigh Bells - Treats

Er is veel gezegd over het nieuwe album van M.I.A, dat grillige, soms wat slordige derde album. Mij overtuigde het uiteindelijk niet, al vind ik het ook niet zo'n ramp als sommigen. Maar toch draai ik liever haar beschermelingen Sleigh Bells, die net als M.I.A duidelijk geïnspireerd zijn door Braziliaanse baile muziek. Met minder nadruk op het exotische, meer op de heavy metal, een bescheiden onderdeel van die muziek. Verder een bijzonder contrast tussen harde beats en typische popmeisjeszang.

20. Big Boi - Sir Luscious Left Foot

Ik was vroeger bij Outkast meer fan van Andre 3000 - de vrije vogel, de popheld, de romanticus - dan van Big Boi - de echte hiphopman. Ze dwongen ons al te kiezen met dat dubbele solo-album, en nu is Outkast voor onbepaalde tijd geen duo meer. Maar terwijl Andre 3000 zijn gedachten lekker af liet dwalen, kwam Big Boi dit jaar met een ijzersterk album en een succesvolle protégé - Janelle Monae. Eindelijk! Favoriet: Shutterbug.

21. Erykah Badu - New Amerykah Part II: Return Of The Ankh

Het duurde iets langer dan de bedoeling was, maar hier is dan New Amerykah Part II. Dat kwam onder meer doordat Erykah Badu opnieuw moeder werd, een heuglijk feit waarvan ze zelf - zo lang als het ging - via Twitter verslag van deed. Part I was opvallend hard en donker, Part II is een terugkeer naar het warme geluid, maar met een zekere grilligheid.

22. Patrice Baumel - Vapour

De titel van Patrice Baumel's debuutalbum - Vapour, stoom - verwijst naar de ongrijpbaarheid die hij najaagt in zijn producties. De Duitser in Nederlandse dienst (met Nuno Dos Santos vormt hij 360 Soundsystem) maakt house en techno die niet uitmondt in climaxen (eerder het tegendeel), maar wel blijft boeien.

23. Shining - Blackjazz

Een combinatie van freejazz en metal, je moet er maar op komen. Het levert een van de meest compromisloze, snelle, harde albums van het jaar op. Was een van de hoogtepunten op Eurosonic, maar daarna heb ik het helaas op te weinig prominente plekken terug gezien, al stonden ze natuurlijk op het festival waar ze het meest thuishoren: Roadburn.

24. Kanye West - My Beautiful Dark Twisted Fantasy

Het meest veelbesproken album van het jaar, dat overal overladen werd door tienen. De redding van de hiphop volgens sommigen. Dat lijkt mij wat overdreven, maar een sterk album is het wel. Het zakt bijna door zijn wielen door de hoeveelheid ideeën die West erin gevlochten heeft, en het gaat gebukt onder een hoeveelheid gastrappers die zelfs zijn grote jacht bijna doet kapseizen, en toch ga ik erin mee. Een van de belangrijkste en meest toonaangevende popsterren van het moment.

25. Brian Eno - Small Craft On A Milk Sea

De beroemde ambient-experimenten van Brian Eno uit de jaren zeventig zijn nu meer actueel dan ooit. Nu kun je immers echt met elke muziek die je maar wilt door de vertrekhal van Schiphol lopen. Niet gek dus dat hij op zijn WARP-debuut teruggrijpt naar de warme sfeermuziek van weleer. Maar Small Craft slaat halverwege zomaar om in eens broeierige elektronica-plaat. Zijn meest relevante plaat in jaren. Volgende samenwerkingsalbum met Trentemoller?

26. Grinderman - Grinderman 2

Op het eerste Grinderman-album stond maar een echte klassieker wat mij betreft. De rest was vooral interessant omdat het zo ongepolijst was. Noem het een derde jeugd, noem het een nieuwe uitdaging, maar Cave is duidelijk op een piek die niet veel muzikanten op die leeftijd nog bereiken. Op Grinderman 2 winnen zijn vaste Bad Seeds thema's onverbiddelijk terrein. Paranoia, verraad en natuurlijk seks.

27. LCD Soundsystem - This Is Happening

De laatste LCD? Het zal wel. Daarna komt er vast wel iets anders voor in de plaats. Ik heb altijd mijn twijfels gehad bij LCD Soundsystem albums. De pure kracht van de live-shows - zo strak dat de band altijd op barsten staat - voel ik net niet in de studio. Dat geldt ook voor dit album, dat opvallend trager is dan de eerste twee. Wat niet wegneemt dat er een aantal geweldige songs op staan, met name I Can Change en All I Want. Geen top tien dus, maar nog altijd een van de meest toonaangevende bands van het moment.

28. Spoon - Transference

Misschien is het wel eerder gedaan - ik kan me haast niet voorstellen dat het niet eerder gedaan is - maar ik kan me geen enkel voorbeeld herinneren van een omgekeerde fade-out. Niet langzaam weg laten sterven, maar juist midden in een zin stoppen. Grapje van Spoon in The Mystery Zone. Ze wisten niet meer hoe het verder moest vanaf daar. Het tekent de benadering van de band: te lang nadenken is niet goed, te veel opsmuk al helemaal. Een solo met maar een akkoord is eerder regel dan uitzondering. En zo maken ze al jaren sterke liedjes.

29. Olafur Arnalds - ... And They Have Escaped The Weight Of Darkness

Kleine persoonlijke noot dan maar? In 2010 kreeg ik een zoon, die we Olaf noemden. Dit album van zijn IJslandse bijna-naamgenoot verdween vaak in de speler rond die tijd. Niet alleen door die naam, maar ook omdat hij prachtige gewichtloze muziek maakt. Strikt genomen klassiek, maar met de feel van popsongs.

30. The Roots - How I Got Over

Eind 2008 sprak ik drummer en brein ?Uestlove in Paradiso. Hij vertelde over het bijzondere jaar dat hij achter de rug had - hij voerde uit de grond van zijn hart campagne voor Obama, en werd daarbij geconfronteerd met de lelijke kant van Amerika. Maar nu Bush eenmaal uit de Witte Huis verdreven was, was de weg vrij voor een lichter album, beloofde hij. Dat is How I Got Over absoluut. Toegankelijker, soms zelfs catchy, maar gelukkig nog met meer dan genoeg inhoudelijk gewicht.

31. Gonjasufi - A Sufi And A Killer

De mysticus van de L.A. beatsscene bleek op het podium een oncontroleerbare blowvogel, maar dat doet niets af aan zijn uitstekende debuutplaat, grotendeels samen gemaakt met psychedelica goeroe Gaslamp Killer. Hier ligt een compleet nieuw speelveld, dat de komende jaren gretig ontgonnen zal worden.

32. Actress - Splazsh

Spannende grote-stads-muziek, deze tweede van Londenaar Darren Cunningham alias Actress. De eerste was eerlijk gezegd langs me heen gegaan, maar ik was vast niet de enige. Dit album borrelt en schuurt, laat elektronische muziek klinken alsof het nog in de beginfase van zijn ontwikkeling is, zonder retro te zijn.

33. Toro Y Moi - Causers Of This

Ze noemen het chillwave, maar je kunt Toro Y Moi ook omschrijven als nerdy synthpop met flarden jaren zeventig slijpsoul, met de bril op het puntje van de neus gezakt. Extreem warm en anti-explosief, maar wel buitengewoon charmant. Begin volgend jaar volgt album twee al.

34. Eklin - Onwa

In twee werd de transformatie voltooid: van Adept naar Eklin. Het was een rigoureuze verandering, alles overboord, van hard en schel naar teder en dromerig. Troostmuziek, aldus Michiel Klein, onderwatermuziek volgens mij. Het echte werk gebeurde op het podium, voor publiek dat zich in de beginperiode ongetwijfeld geen raad wist met de autistische houding van de muzikanten.

35. Wavves - King Of The Beach

Een week na zijn optreden op London Calling werden Nathan Williams en zijn maatjes opgepakt in Duitsland wegens drugsbezit. Daar kan ik me iets bij voorstellen. In Paradiso was de kleedkamer om twee uur al groen en deed de band er 's avonds na het eerste nummer een minuut over om een joint door te geven. De balorigheid, de verveling, het grote niks, het is verwerkt in de meest opwindende garagerockplaat van het jaar.

36. Janelle Monae - The Archandroid

Prince schaakte haar voor zijn Amerikaanse tour, waardoor haar show in de Melkweg vorige week afgezegd werd, maar Janelle Monae maakt het goed in februari. Hopelijk is Tightrope tegen die tijd eindelijk een hit in Nederland, een messcherpe single met haar typische stijl, ergens tussen zingen en rappen in. Future funk.

37. Four Tet - There Is Love In You

Een interessante muzikant is Kieran Hebden alias Four Tet al jaren, maar persoonlijk zette ik zijn muziek nooit graag op. Noem het een klik, en die had ik bij dit nieuwe album direct. Het schuurt minder, dat is waar, en dat zullen fans van zijn vroegere folktronica misschien jammer vinden, maar de totaal eigen benadering van een dansvloer, de hypnotiserende loops en de menselijke warmte van deze muziek maakt heel veel goed.

38. The Fall - Your Future, Our Clutter

Mark E Smith is de afgelopen dertig jaar een genre op zich geworden. Alle trends heeft hij overleefd, en je vraagt je af hoe in hemelsnaam. Voornamelijk door al die tijd die merkwaardige, ongrijpbare mompelaar te zijn. De man met het kladblok, aan een stuk door volgekrabbeld met dingen die waarschijnlijk zelfs zijn eigen band maar half begrijpt. Je kunt moeilijk van een tweede jeugd spreken, maar Your Future, Our Clutter is wel The Fall op zijn scherpst.

39. Bear In Heaven - Bear Rest Forth Mouth

Bear Rest Forth Mouth begint onderkoeld, kalm, met hypnotiserende krautpop, die gaandeweg steeds verder open bloeit. De synthesizer verdringt steeds verder de gitaar in de Amerikaanse indie, en Bear In Heaven's Lovesick Teenagers laat horen waarom dat een goed idee is.

40. Blitzen Trapper - Destroyer Of The Void

Blitzen Trapper heeft zijn Bohemian Rhapsody geschreven. Het openingsnummer van hun zesde album is een barok werkje van zes minuten, een epos in drie delen, met progrocksolo's en al. Maar wel gemaakt vanuit een countryziel, die verderop in zijn meest pure vorm doorbreekt. Bijzondere band, vooral omdat het altijd een klein beetje autistisch zal blijven.

41. Salem - King Night

Er zijn mensen die bang worden van Salem. Echt. Ze vinden het geluid van dit trio lelijk en schrikken van de omgekeerde kruizen en de genrenaam die erop geplakt wordt: witchhouse. Die angst voel ik helemaal niet. Wel een fascinatie voor de overstuurde hiphopbeats, de onnatuurlijke traagheid en de bevende synthesizers.

42. The Tallest Man On Earth - The Wild Hunt

De leukste doorbraak van het jaar is die van de Zweedse singer-songwriter Kristian Matsson, en dan vooral omdat hij het echt helemaal in zijn eentje doet. Ook op zijn tweede album The Wild Hunt, en wie weet wel zijn hele carrière. Met galmende stem en een knapzak vol verhalen, moedig voorwaarts.

43. Omar Souleyman - Jazeera Nights

Vage herinneringen van de rode balzaal van ATP, zweterig, collega's die het doodnormaal vonden om whisky in pints te drinken, en Omar Souleyman, cultheld uit Syrie. Vijfhonderd albums schijnt hij al opgenomen te hebben sinds 1994, en dat geloof je zodra je hem ziet. Gewoon drie op een avond, recordknop indrukken en gaan. Alles klinkt hetzelfde, en dus even opwindend: Arabische muziek met opzwepende reggaeton beats. Bizarre combi, het werkt.

44. MGMT - Congratulations

MGMT maakte het zichzelf niet makkelijk, door met deze opvolger te komen van hun psychopopdebuut. Congratulations is niet over de hele linie geslaagd, maar het staat vol boeiende ideeën. De liedjes zijn niet zo instant aanstekelijk als op Oracular Spectacular, maar Congratulations lijkt dan ook vooral een geluidsexperiment, met de vocalen merkwaardig weggestopt onder lagen psychedelisch gruis. Flash delirium indeed.

45. John Grant - Queen Of Denmark

De kracht van John Grant ligt niet eens zozeer in zijn liedjes (die zijn ambachtelijk, niet sensationeel), die ligt in zijn verhalen. Of beter, zijn verhaal. John Grant groeide op in een klein dorpje in Colorado. Als homo tussen de streng-gelovigen. De trauma's uit die tijd verwerkt hij pas nu - op zijn veertigste - met een plaat vol zwarte humor, over liefde en zelfhaat.

46. Robyn - Bodytalk

Op jonge leeftijd scoorde de Zweedse zangeres Robyn een hit met Show Me Love, een super popsingle. Daarna verdween ze langzaam uit beeld, om jaren later weer op te duiken als een zeldzaam fenomeen: een popzangeres die net zo gemakkelijk met Royksopp werkt als met Britney-producer Max Martin. Dit jaar kwam Robyn met drie mini-albums, aan het eind van het jaar samengevoegd tot een knisperende hitplaat.

47. Ripperton - Niwa

Mijn favoriete elektronica-album van het voorjaar is het extreem warmbloedige debuut van Ripperton. Een knappe plaat, want het is niet eenvoudig om zo kalm en vriendelijk te produceren en niet te vervallen in slappe lounge. Ripperton is een Zwitser, maar zijn album heeft een Nederlands tintje: het verschijnt op Joris Voorns label Green.

48. Hef - Hefvermogen

Het woord swagger is uitgevonden voor deze man, een rapper met een geheel eigen stijl, vertegenwoordiger uit Hoogvliet op een missie, feunend langs zijn ho's. Cliché? Zeker, maar ook heel erg grappig. Jiggy Dje's label Noah's Ark heeft zich definitief naar de frontlinie gewerkt.

49. Vampire Weekend - Contra

Eerder dit jaar noemde ik Vampire Weekend een band waar je niet werkelijk van kunt houden. Bij die mening blijf ik. Hun woordspelletjes zijn clever, maar deze band zal nooit mijn leven veranderen of me diep raken. Wel heb ik groot respect voor het gemak waarmee ze slimme popsongs uit hun mouw schudden, met een heel eigen geluid. White Sky, Holiday en Giving Up The Gun zijn mijn favorieten.

50. Ty Segall - Melt

Ty Segall bungelt ergens onderaan de lijst, voornamelijk omdat ik hem veel te weinig beluisterd heb. Schijnt een hoogtepunt geweest te zijn op Le Guess Who? Ook al gemist. Is wel een meester in het schrijven van pakkende garagerock met heel veel gruis. Zijn Caesar was een van mijn favoriete singles van het jaar. Dat doet hij in hoog tempo. Volgend jaar alweer een nieuwe? Dan zal ik beter opletten.

51. Oriol - Night And Day

Alsof je Isaac Hayes, Green Velvet en Dam-Funk op een cruise naar Miami stuurt met de love boat. Oriol maakt vrijwel volledig instrumentale funk, die daardoor net wat te kaal is, maar laat deze man maar eens aan het werk gaan met een goede zanger.

52. Ikonika - Contact, Love, Want Have

Vrouwen zijn ondervertegenwoordigd in de popmuziek, en al helemaal in de dubstep. Maar met Cooly G en deze Ikonika heeft mijn favoriete label van de laatste jaren - Hyperdub - twee toppers aan boord. Ikonika's debuutalbum is een eigenzinnig amalgaam van stotterende wonky dubstep met house en zelfs ouderwetse rave.

53. The Budos Band - The Budos Band III

De bariton saxofoon als een magische, onoverwinnelijke cobra met pikzwart gif, dat is de kern van The Budos Band, een band uit New York die deepfunk en afrobeat met elkaar combineert. Hoofdrollen zijn er niet alleen voor de blazerssectie, maar ook voor het diep ronkende orgel.

54. Blaudzun - Seadrift Soundmachine

Eerlijk: ik had niet verwacht dat Blaudzun mijn selectie van beste platen van 2010 zou halen. Ik vind zijn snik net wat te groot, en zijn verhalen net wat te somber. Maar gaandeweg groeide mijn geloof in deze plaat. Het zit hem in de swing, volgens Blaudzun zelf afkomstig van de eb en vloed beweging van de zee. En uit Barcelona, zijn favoriete stad waar hij veel aan dit album werkte.


55. VanderBuyst - VanderBuyst

Hoe kon ik ze vergeten, de koene ridders, het beste paard van stal, de wilde rockers uit Brabant, de mannen die het vaandel van de cockrock en hair metal fier laten wapperen, de onmetelijke helden van VanderBuyst. En dus: geen 54 maar 55. Kom maar door met alle andere platen die ik schandaal genoeg nog meer vergeten ben.